10/15
Powered by Foleon

Create the content your audience craves.

Find out more
  • Pages
  • Editions
01 Cover
02 Index
03 Idealen
04 Landelijke inventarisatie
05 Expertmeeting
06 Genomineerden Anna Reynvaanprijzen
07 Winnaars 2019
08 Patiënt- en familieparticipatie
09 Wendy Chaboyer
10 Kenniscafé
11 Verslag ARL
12 Fotoimpressie Genomineerdenbijeenkomst
13 Terugblik
14 Speciaal aanbod
15 Colofon

Kenniscafé patiënt- en familieparticipatie:

Van gesprek naar actie

Kenniscafé patiënt- en familieparticipatie:

Van gesprek naar actie

Vijftig gespreksdeelnemers, vijf thema's en twee gespreksronden: zo ziet het kenniscafé van de Anna Reynvaanweek eruit op woensdag 15 mei in de Waverzaal van VUmc. Aan het einde van de middag zijn er uitgangspunten verzameld voor het formuleren van het Anna Reynvaanstatement over participatie.

Patiënten, belangenbehartigers en medewerkers van diverse afdelingen en disciplines van Amsterdam UMC gaan verdeeld over vijf groepen met elkaar in gesprek over patiënt- en familieparticipatie. Elke groep buigt zich over een andere vraag; allerlei invalshoeken komen aan bod.

Niet vanzelfsprekend

Wat als participatie niet vanzelfsprekend is? In de groep die zich over deze vraag buigt, gaat het al snel over de IC. "Het is fijn om met familie contact te hebben”, zegt een verpleegkundige. “Patiënten zijn soms te ziek om zelf goed te kunnen communiceren.” Het overnemen van eenvoudige zorghandelingen door familie is echter geen vanzelfsprekendheid op de IC: tussen wens en werkelijkheid staan zaken als werkdruk en patiëntveiligheid.

“Patiënten zijn soms te ziek om zelf goed te kunnen communiceren.”

Op de kinderafdeling is familieparticipatie allang gemeengoed, vertelt een verpleegkundige: "Ik zou me niet eens kunnen voorstellen dat ouders niet meedenken en meehelpen." Zij verzorgen hun kind immers al en nemen ook de belangrijke beslissingen. Maar zo vanzelfsprekend als familieparticipatie op de kinderafdeling is, zo diffuus is dat nog op andere afdelingen. “Er zijn meer duidelijke afspraken en regels voor nodig”, zegt een deelnemer. De groep sluit de eerste gespreksronde af met drie vragen aan de patiënt, die het vertrekpunt van participatie kunnen vormen: ‘Wie ben je? Wat heb je nodig? Waar we kunnen we als ziekenhuis jou mee helpen?’

Intake

Die drie vragen zouden wellicht een vast plek kunnen krijgen in het intakegesprek, zo blijkt aan een andere tafel. Daar is ‘de ideale patiënt- en familieparticipatie’ het gespreksonderwerp. “Er moet een intakegesprek komen met de vraag wat een patiënt zelf wil”, vindt een lid van de Cliëntenraad. Een IC-verpleegkundige merkt op dat medewerkers weinig over de muur van hun eigen afdelings-eilandje kijken hoe het er elders aan toegaat: "We kunnen bijvoorbeeld veel leren van participatie op de kinderafdeling."

Onderlinge verschillen kunnen participatie in de weg staan; zo heeft de een doorlopende bezoektijden, de andere weer niet. Dat vraagt om een ziekenhuisbrede visie. “Want als een patiënt overgeplaatst wordt, gelden er soms weer heel andere regels”, zegt een consulent.

Statement

Afsluitend vatten de deelnemers onder leiding van Anne Eskes (verpleegkundig onderzoeker, Amsterdam UMC) de conclusies van alle gesprekstafels plenair samen. Ze noteert de belangrijkste bevindingen op een flap-over. We lezen steekwoorden en kernzinnen als: communicatie is belangrijk, aandacht voor opleiding, vaste bezoektijden moeten verdwijnen, participatie moet worden gefaciliteerd, participatie stopt niet bij het ontslag, de kwaliteit van zorg waarborgen. De bevindingen van het kenniscafé krijgen binnenkort een plek in het Anna Reynvaanstatement 2019. Werk aan de winkel om participatie handen en voeten te geven in Amsterdam UMC!