Landelijke inventarisatie:
Hoe staan verpleegkundigen tegenover familieparticipatie?
Staan verpleegkundigen in Nederland open voor familieparticipatie? Dat is onderzocht in een enquête, uitgevoerd door Amsterdam UMC in samenwerking met V&VN.
Er is toenemend wetenschappelijk bewijs dat familieparticipatie in de zorg een positief effect heeft op de patiënt. Zo blijkt bijvoorbeeld dat patiënten dankzij de betrokkenheid van familie hun medicatie beter innemen, leefregels beter opvolgen en minder angstig zijn. In het betrekken van familie is een belangrijke rol weggelegd voor de verpleegkundige. Hoe staan zij ertegenover?
In aanloop naar de Anna Reynvaanlezing 2019 is dat onderzocht in een landelijke enquête. De vragenlijst maakt deel uit van het onderzoeksprogramma Patiënt- en Familieparticipatie van Amsterdam UMC.
Meer dan 950 verpleegkundigen vulden de vragenlijst in. De voorlopige resultaten laten zien dat zo’n 65% er positief tegenover staat. Ongeveer een kwart van de respondenten staat er neutraal tegenover en 10% ziet er weinig in.
Er lijkt ook een verschil tussen denken en doen te zijn. Hoewel verreweg de meeste respondenten (75%) aangeven dat ze het belangrijk vinden om familie actief uit te nodigen in de zorg, doet slechts de helft dit daadwerkelijk. Tegelijkertijd geeft maar liefst 92% van de respondenten aan dat een goede relatie opbouwen met familie bijdraagt aan hun werktevredenheid.
In de loop van dit jaar zullen de resultaten van het onderzoek verder bekend gemaakt worden.